Gemeenschapsgeld. Opgebracht door het heffen van belastingen. Erger nog, door het heffen van lokale belastingen. Geld dat dus door de inwoners van Almere is opgebracht. Door hard te werken.
En datzelfde geld wordt klakkeloos en rücksichtslos over de balk gesodemieterd. Over de balk in een bodemloze put. Een put die is gegraven door tomeloze ambitie. Door lust naar gelding en door het verlangen om vriendjes lucratieve baantjes toe te schuiven zodat die vriendjes later zelf ook weer baantjes kunnen vergeven.
De oplettende lezer weet het al. Weer een stukje over de Floriade. In naam een land- en tuinbouw tentoonstelling. Een publiekstrekkend evenement met wereldwijde uitstraling. In de praktijk is het echter een zwaar verliesgevend vehikel voor bestuurders om hun zin door te drukken, een naam te maken “voor de geschiedenis”.
Maar voor de bestuurders is dat verlies geen enkel beletsel. Het geheel wordt tenslotte gefinancierd met geld dat toch niet van hun is, waar ze een schijnverantwoording over af leggen want voor hun zelf is er geen enkele consequentie. En juist omdat er voor deze gekozen (en ongekozen zoals de benoemde carrière bestuurders) droeftoeters toch geen consequenties aan hun falen als bestuurder zijn verbonden zijn ze bereid om alle geschreven en ongeschreven regels en wetten te buigen, of zelfs domweg te breken.
Wat me wel opvalt is het gebrek aan overzicht en inzicht. Men wijst een gebied aan (een van de mooiste stukken van Almere, direct aan het Weerwater en centraal tussen de verschillende stadsdelen) en begint te roepen over het fantastische plan dat er ten bate van de gemeenschap ontwikkeld gaat worden. Vervolgens worden er zoveel verschrikkelijke fouten gemaakt dat ik als burger twijfel over de deskundigheid en rechtskennis van de namens mij ingehuurde ambtenaren (die, wonderbaarlijk, ook al niet aan te spreken zijn op hun functioneren).
Hoe is het mogelijk dat je tot drie maal toe een onteigeningsprocedure over moet doen omdat de tenaamstelling niet juist is. Hoe?
Vervolgens ga je ten strijde tegen de eigenaar van de jachthaven, want die heeft de euvele moed om ook een graantje mee te willen pikken van de nieuw te ontwikkelen woonwijk. Het had allemaal heel soepel kunnen lopen, maar de arrogantie en halsstarrigheid van de verschillende wethouders (en volgens mij vooral ook de betrokken ambtenaren) hebben van dat dossier zo’n verschrikkelijke puinhoop gemaakt dat een normale afhandeling nooit meer had gekund.
Wanneer zelfs de burgemeester en het college van wethouders zich dermate gaan afvragen over hoe ze in godsnaam het deksel op de doofput krijgen en houden, wanneer zij zich gedwongen zien om bijna alle stukken en vergaderingen te houden dan moet de stront wel tot de rand van de put staan. Nee, dan loopt de bruine derrie al over de rand.
Vergeet die spreekwoordelijke ventilator want dat stadium zijn we reeds lang voorbij.
De oppositie, die zich ondanks de aantallen kiezers en de stembusverhoudingen vakkundig buitenspel heeft laten zetten door de regenten, de vastgoedboeren en hun vazallen, moet zich tot het dreigen met WOB verzoeken verlagen om te weten te komen wat voor schimmige dealtjes er worden gemaakt.
En wij in Almere? Wij worden geregeerd door een burgemeester die geen enkele binding heeft met onze stad, een carrière figuur – die nog voor Everhart in zijn houten jas was gekropen al solliciteerde op zijn functie. We kregen wethouders die geen enkele vakbekwaamheid hebben betoond of zelfs maar een niveau hebben waardoor we zouden mogen verwachten dat ze complexe materie die het besturen van onze stad met zich meebrengt beheersen. Sterker nog, het college ruimt plaats in voor een ex directeur van de Floriade die snel vertrok om burgemeester te worden van een stad en toen dat niet de gouden bergen bracht waar ze op hoopte schielijk terug kroop in de schoot van de baantjesjagers als wethouder. Wederom niet gehinderd door enige ter zake doende kennis, ervaring of opleiding.
Wij mogen eens in de 4 jaar naar de stembus en krijgen ongeacht de verkiezingsuitslag precies dezelfde figuren en partijen die we daarvoor al hadden. En dus dezelfde ellende en financieel wanbeheer waar de burgers straks (en eigenlijk nu al) de rekening voor gepresenteerd krijgen.